Pratiche sleali 2005/0029 NL
BG CS DA DE EL EN ES ET FI FR GA HR HU IT LV LT MT NL PL PT RO SK SL SV print pdf
- 2 Artikel 2 Definities
- 1 Artikel 3 Toepassingsgebied
- 1 Artikel 5 Verbod op oneerlijke handelspraktijken
- 1 Artikel 7 Misleidende omissies
- 1 Artikel 8 Agressieve handelspraktijken
- 1 Artikel 9 Gebruik van intimidatie, dwang of ongepaste beïnvloeding
- 1 „Artikel 1
- 2 „Artikel 3 bis
- 1 Artikel 16 Wijziging van Richtlijn 98/27/EG en Verordening (EG) nr. 2006/2004
- wordt 30
- deze 29
- richtlijn 26
- voor 26
- artikel 20
- niet 20
- handelspraktijken 19
- zijn 18
- handelaar 16
- consument 16
- worden 15
- consumenten 13
- betrekking 12
- reclame 12
- product 12
- bepalingen 11
- besluit 10
- handelaren 10
- handelspraktijk 9
- andere 9
- misleidende 9
- genomen 9
- lidstaten 9
- door 9
- onder 8
- kenmerken 8
- over 8
- oneerlijke 8
- betreffende 7
- zich 7
- hebben 7
- gemiddelde 7
- groep 7
- nemen 7
- door: 7
- vervangen 7
- geval 7
- kunnen 7
- beschouwd 6
- gedragscode 6
- punt 6
- //eg 6
- transactie 6
- wettelijke 6
- tegen 6
- wijze 6
- goederen 6
- informatie 6
- voorschriften 6
- deze 6
Artikel 1
Doel
Het doel van deze richtlijn is om bij te dragen aan de goede werking van de interne markt en om een hoog niveau van consumentenbescherming tot stand te brengen door de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake oneerlijke handelspraktijken die de economische belangen van de consumenten schaden, te harmoniseren.
„Artikel 1
Deze richtlijn beoogt handelaren te beschermen tegen misleidende reclame en de onbillijke gevolgen daarvan, en de voorwaarden vast te stellen waaronder vergelijkende reclame is geoorloofd.”
. 2. | In artikel 2:
|
3. | Artikel 3 bis wordt vervangen door: Artikel 2 Definities Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder:
Artikel 3 Toepassingsgebied 1. Deze richtlijn is van toepassing op oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen jegens consumenten, zoals omschreven in artikel 5, vóór, gedurende en na een commerciële transactie met betrekking tot een product. 2. Deze richtlijn laat het verbintenissenrecht en, in het bijzonder, de regels betreffende de geldigheid, de opstelling en de rechtsgevolgen van contracten onverlet. 3. Deze richtlijn doet geen afbreuk aan de communautaire of nationale voorschriften inzake gezondheids- en veiligheidsaspecten van producten. 4. In geval van strijdigheid tussen de bepalingen van deze richtlijn en andere communautaire voorschriften betreffende specifieke aspecten van oneerlijke handelspraktijken, prevaleren laatstgenoemde voorschriften en zijn deze van toepassing op deze specifieke aspecten. 5. De lidstaten kunnen gedurende een periode van zes jaar, te rekenen vanaf 12.06.2007 op het bij deze richtlijn geharmoniseerde gebied nationale bepalingen blijven toepassen die strenger of prescriptiever zijn dan de bepalingen van deze richtlijn en die uitvoering geven aan richtlijnen die clausules voor minimale harmonisatie bevatten. Deze maatregelen moeten onontbeerlijk zijn om een toereikende bescherming van de consumenten tegen oneerlijke handelspraktijken te waarborgen en evenredig zijn met dit doel. De in artikel 18 bedoelde toetsing kan, in voorkomend geval, gepaard gaan met de indiening van een voorstel om deze afwijking voor een beperkte periode te verlengen. 6. De lidstaten stellen de Commissie onverwijld in kennis van de nationale bepalingen die uit hoofde van lid 5 worden toegepast. 7. Deze richtlijn laat de regels voor de bepaling van de rechtsmacht onverlet. 8. Deze richtlijn doet geen afbreuk aan de vestigingsvoorwaarden, de vergunningsregelingen, de deontologische gedragscodes of andere specifieke voorschriften voor gereglementeerde beroepen ter handhaving van hoge integriteitsnormen van de beroepsbeoefenaar, die de lidstaten overeenkomstig het communautaire recht aan beroepsbeoefenaren kunnen opleggen. 9. Wat „financiële diensten” in de zin van Richtlijn 2002/65/EG en onroerend goed betreft, mogen de lidstaten vereisten opleggen die voor het bij deze richtlijn geharmoniseerde gebied strenger of prescriptiever zijn dan de bepalingen van deze richtlijn. 10. Deze richtlijn geldt niet voor de toepassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake certificering en vermelding van het edelmetaalgehalte voor artikelen van edelmetaal. Artikel 5 Verbod op oneerlijke handelspraktijken 1. Oneerlijke handelspraktijken zijn verboden. 2. Een handelspraktijk is oneerlijk wanneer zij:
3. Een handelspraktijk die op voor de handelaar redelijkerwijs voorzienbare wijze het economische gedrag van slechts een duidelijk herkenbare groep consumenten wezenlijk verstoort of kan verstoren, namelijk van consumenten die wegens een mentale of lichamelijke handicap, hun leeftijd of goedgelovigheid bijzonder vatbaar zijn voor die handelspraktijken of voor de onderliggende producten, wordt beoordeeld vanuit het gezichtspunt van het gemiddelde lid van die groep. Dit laat onverlet de gangbare, legitieme reclamepraktijk waarbij overdreven uitspraken worden gedaan of uitspraken die niet letterlijk dienen te worden genomen. 4. Meer in het bijzonder zijn handelspraktijken oneerlijk die:
5. Bijlage I bevat de lijst van handelspraktijken die onder alle omstandigheden als oneerlijk worden beschouwd. Deze lijst is van toepassing in alle lidstaten en mag alleen worden aangepast door wijziging van deze richtlijn. Deel 1 Misleidende handelspraktijken Artikel 7 Misleidende omissies 1. Als misleidende omissie wordt beschouwd een handelspraktijk die in haar feitelijke context, al haar kenmerken en omstandigheden en de beperkingen van het communicatiemedium in aanmerking genomen, essentiële informatie welke de gemiddelde consument, naargelang de context, nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen, weglaat en die de gemiddelde consument er toe brengt of kan brengen een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. 2. Als misleidende omissie wordt voorts beschouwd een handelspraktijk die essentiële informatie als bedoeld in lid 1, rekening houdend met de in dat lid geschetste details, verborgen houdt, op onduidelijke, onbegrijpelijke, dubbelzinnige wijze dan wel laattijdig verstrekt, of het commerciële oogmerk, indien dit niet reeds duidelijk uit de context blijkt, niet laat blijken, en de gemiddelde consument er zowel in het ene als in het andere geval toe brengt of kan brengen een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. 3. Indien het voor de handelspraktijk gebruikte medium beperkingen qua ruimte of tijd meebrengt, wordt bij de beoordeling of er informatie werd weggelaten met deze beperkingen rekening gehouden, alsook met maatregelen die de handelaar genomen heeft om de informatie langs andere wegen ter beschikking van de consument te stellen. 4. In het geval van een uitnodiging tot aankoop wordt de volgende informatie als essentieel beschouwd, indien deze niet reeds uit de context blijkt:
5. Overeenkomstig de communautaire wetgeving vereiste informatie met betrekking tot commerciële communicatie, inclusief reclame en marketing, wordt als essentieel beschouwd (een niet-limitatieve lijst staat in bijlage II). Deel 2 Agressieve handelspraktijken Artikel 8 Agressieve handelspraktijken Als agressief wordt beschouwd een handelspraktijk die, in haar feitelijke context, al haar kenmerken en omstandigheden in aanmerking genomen, door intimidatie, dwang, inclusief het gebruik van lichamelijk geweld, of ongepaste beïnvloeding, de keuzevrijheid of de vrijheid van handelen van de gemiddelde consument met betrekking tot het product aanzienlijk beperkt of kan beperken, waardoor hij ertoe wordt gebracht of kan worden gebracht over een transactie een besluit te nemen dat hij anders niet had genomen. Artikel 9 Gebruik van intimidatie, dwang of ongepaste beïnvloeding Om te bepalen of er bij een handelspraktijk gebruik wordt gemaakt van intimidatie, dwang, inclusief lichamelijk geweld, of ongepaste beïnvloeding, wordt rekening gehouden met:
HOOFDSTUK 3 GEDRAGSCODES „Artikel 1 Deze richtlijn beoogt handelaren te beschermen tegen misleidende reclame en de onbillijke gevolgen daarvan, en de voorwaarden vast te stellen waaronder vergelijkende reclame is geoorloofd.” . |
2. | In artikel 2:
|
3. | Artikel 3 bis wordt vervangen door: „Artikel 3 bis
|
4. | Artikel 4, lid 1, wordt vervangen door:
. |
5. | Artikel 7, lid 1, vervangen door:
. |
Artikel 16
Wijziging van Richtlijn 98/27/EG en Verordening (EG) nr. 2006/2004
1. | In de bijlage bij Richtlijn 98/27/EG wordt punt 1 vervangen door:
. |
2. | Aan de bijlage bij Verordening (EG) nr. 2006/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 27 oktober 2004 betreffende samenwerking tussen de nationale instanties die verantwoordelijk zijn voor handhaving van de wetgeving inzake consumentenbescherming (verordening betreffende samenwerking met betrekking tot consumentenbescherming) (12) wordt het volgende punt toegevoegd:
. |
whereas